Harald en Marieke in Zuid Amerika

El Bolson, back to the 70´s

El Bolson werd ons door een wat alternatieve Amerikaanse aangeraden in het hostel in BA. Het moest een soort van hippy community zijn, en aangezien we nog een stop nodig hadden om naar Chili te komen (3 dagen in de bus is wat lang) besloten we daar maar een stop te maken. De tocht vanaf El Chalten ging niet echt via de meest logische route, maar hij was wel het snelste. Eerst met de bus terug naar beneden naar El Calafate, vervolgens met de bus naar de Atlantische Oceaan en daarna weer terug omhoog naar de Andes. De route langs de Andes is namelijk nog steeds in aanbouw, volgens horen zeggen is dat al bijna eeuwig zo maar moet het ¨binnenkort¨ toch wel eens af gemaakt worden. Nu moet je 600km over een grind weg rijden en dat schiet gewoon niet op.

We kwamen rond het middag uur aan in El Bolson. Zoals meestal stond er wel weer een mannetje te wachten op van die nietsvermoedende toeristen die er niet van houden om dingen van te voren te boeken. Het was in dit geval een hele aardige kerel en z´n prijs was goed. Dus we besloten maar even het hostel te gaan bekijken. Na ongeveer 10 minuten kwam er een oud, verroest wit volkswagen busje aanrijden om ons te transporteren. We maakten meteen kennis met de eigenaar van het hostel, zijn naam is Mario en is ongeveer 2 meter 5 wat hem ook de bijna XL heeft opgeleverd. Hij bleek een oude prof volleyballer te zijn die wat geld verdient had in Italie en Turkije eind jaren tachtig. Nu woont hij met z´n nieuwe vrouw en intussen 8 kinderen in een te relaxed huis net buiten El Bolson.

Bj aankomst bleek het hostel eigenlijk een camping te zijn, met wat loslopende kippen, honden, katten en koeien. Wij konden dan mooi overnachten in een vakantiehuisje. Perfect voor ons dus! Het gaf mij echt een beetje het gevoel alsof ik weer in Harkema zat waar ik ben op gegroeid.

Uit eindelijk zijn we 3 nachten in El Bolson gebleven en zijn we het stadje net voor de paasdrukte ontvlucht. Je merkte ook dat de sfeer een beetje veranderde toen al die stadsmensen ineens in hun grote auto´s rondreden. Normaal gesproken zie je er alleen maar verroeste oude bakken van de jaren 70. We hebben hier niet echt veel meer gedaan dan rondlopen, koken, wijndrinken en chocola eten (wat daar tradititiegetrouw nogal in grote mate aanwezig is doordat een aantal Duitse famillies hier 40 of 50 jaar geleden mee zijn begonnen). We hebben nog wel het grote sprookjes bos boven op de bergrug naast El Bolson bezocht. Je hebt daar een bos met houtsculpturen die ze uit oude omgevallen bomen hebben gehakt. Het is net of je de ¨march of the ents¨ mee maakt uit Lord of the rings. Degenen die niet weet wat dat is, ik verwijs u graag naar youtube.com, een medium waarop dit soort dingen geraadpleegd kunnen worden.

Met een klein beetje pijn in mijn hart namen we afscheid van El Bolson en vervolgende we onze weg naar Osorno in Chili. En inderdaad om in Chili te komen moet je toch echt de grens over. Zoals altijd, hadden we, als we een busreis maken, weer flink veel profiant ingeslagen om ons het leven zo aangenaam mogelijk te maken. Maar nadat we Bariloche (3 uur van El Bolson) verlaten hadden en ons weer helemaal ingenesteld hadden in onze stoelen kregen we de onprettige mededeling dat we geen eten over de grens mee mochten nemen. We hadden dus nog twee uur om alles op te krijgen.. Maar zoals altijd moet je eten niet overhaasten en die fout zullen we hierna nooit weer maken want na ongeveer 15 minuten hadden we .5 liter verse boeren yoghurt met bramen smaak, .5 liter drink yoghurt, 4 appels, 1 reep chocolade, een half pakje kaas, twee tomaten en eenderde brood op. Inderdaad je voelt je daarna behoorlijk misselijk. De rest van de weg stond toen in het teken van overleven en niet meer over eten praten. De grensovergang zelf ging vrij vlot en het enige wat je moest doen was geduldig wachten tot de douanies klaar waren met hun werk om vervolgens weer lekker in de bus plaats te nemen. De frisse lucht deed ons goed.

Een paar uur later waren we in Osorno aangekomen waar we de volgende bus wilden gaan pakken richting Pucon. Helaas ging dit allemaal wat anders dan gepland omdat, door de paasdrukte, alle bussen naar Pucon voor de eerste 3 dagen vol zaten. En wat doen we als we het niet meer weten? Nou inderdaad, dan gaan we richting het strand. Marieke had gehoord dat Valparaiso een fantastisch mooie badplaats moest zijn met witte stranden, heerlijk water en alles wat daar verder nog bij hoort.. Dit viel dus inderdaad een beetje tegen.. Zoals bij alles in Chili hebben ze, naar onze bescheiden mening, niet echt nagedacht over hoe iets er uit gaat zien als het maar snel gebouwd kan worden. Ik denk dat het verschil tussen Chili en Argentinie het beste getypeerd kan worden door te zeggen dat Argentinie de relaxte Spaanse route van ontwikkeling is blijven volgen, terwijl Chili, en dan met name door het dictatorschap van Pinochet dat in 1973 begon, de Amerikaanse route is gaan volgen. Je ziet overal grote shoppingmals en zware industrie. Eigenlijk komt het er op neer dat alles wat je maar kunt zien geprivatiseerd is, wat tot een grote financiele ongelijkheid heeft geleid. Voor Valparaiso betekent dit dat dit in potentie wonderschone stadje getransformeerd is tot een gigantische havenstad en dat de oude koloniale gebouwen totaal vervallen zijn. Huizen worden bijvoorbeeld gestut door grote balken zodat ze niet van de heuvels vallen waar de stad op gebouwd is. Erg jammer want ik denk dat het minimaal net zo mooi zou kunnen zijn als Cartagena.

Bij aankomst op het busstation in Valparaiso werden we meteen warm onthaald door het ontvangst committee van de locale touristen bureautjes. Of we al een onderkomen hadden voor vanavond? Natuurlijk niet, dus zaten we meteen met ze opgescheept. We werden zowat dat kantoortje ingesleurd. De ruimte was meteen gevuld omdat we onze rugzakken nog om hadden en dat gecombineerd met het onophoudende gekakel van dat vrouwtje gaf me nogal een bekneld gevoel. Over het hostel kwamen we er niet uit want ze vroeg veel te veel en ze wou maar niet omlaag. Plus dat we er van overtuigd waren dat we het voor goedkoper konden krijgen. Na enig beraadslagen van ons beiden buiten het kantoortje, en nog steeds met het aanhoudende gekakel van die vrouw in m´n oor, zijn we uiteindelijk maar in de taxi die ze aan bood gestapt. (hij was inmiddels dusdanig goedkoop geworden dat we de prijs wel wilden betalen om van haar af te zijn). Het hostel dat we te zien kregen was niet echt wat we wilden dus we gingen te voet verder. We kwamen bij een plateau dat uitkijkt over de stad en tot onze verschrikking was het dus inderdaad geen prachtige strandstad maar een havenstad van het kaliber dat ik net beschreven heb.

Op bezoek in Sprookjesland

Ondertussen alweer een paar weken geleden, maar op donderdag 25 maart hebben we maar weer eens een vliegtuig gepakt richting Zuid-Argentinie. We wilden toch nog een beetje voelen hoe het voor jullie geweest moest zijn afgelopen winter ;) We landden in El Calafate, een dorp die haar bestaan waarschijnlijk te danken heeft aan de Perito Moreno Gletsjer. Het oogt als een wintersportplaats, veel houten hutjes en alles wat daar is, is voor toeristen. Er kon nog niet geskied worden dus bijna alle mensen komen daar om de gletsjer te bezoeken en vertrekken dan weer, zo ook wij. Na de nacht in El Calafate te hebben doorgebracht hebben we de volgende dag om 8 uur de bus gepakt richting de gletsjer. Dit is bijna de grootste gletsjer ter wereld (de echte grootste ligt ernaast) en het bijzondere is dat er continue brokken afvallen. Er zijn daar allemaal looppaden opgezet waardoor je de gletsjer van verschillende hoogten kunt bekijken. We hadden maar liefst 7 uur om daar wat rond te waggelen. Een groot gedeelte hebben we staan wachten tot er een brok ijs naar beneden viel en dat op de foto te krijgen. En dat is Har gelukt!!! Het geluid wat je hoort als een brok ijs in het water valt is echt heel cool, echt een flinke dreun ook al is het maar een klein brokje. Na 7 uur was het wel mooi geweest en ging onze bus weer terug, die avond zijn we direct doorgegaan naar El Chalten voor wat meer fysieke activiteit.

El Chalten is een klein dorpje in het National Park Los Glaciares. Na eerst een nachtje in El Chalten, zijn we de volgende dag bepakt en bezakt het park ingegaan. We gingen weer een stapje verder, kamperen!! We hadden nu dus iets meer bij ons dan voorgaande keren, tent, slaapzakken, matjes en ook eten voor drie dagen. Dag 1 zijn we pas ´s middags vertrokken, was een redelijk makkelijk dagje. Na 3 1/2 uur lopen kwamen we aan op de camping. Dit is niet een camping zoals wij die kennen maar ietwat primitiever. Zeg maar gewoon een stukje in het bos met één dixie (gat in de grond met een schot eromheen). Je leeft een beetje zoals dieren, zodra het donker wordt ga je slapen. ´s Nachts was het zo rond het vriespunt, en op een megadun matje was het niet heel comfortabel. Maar dit hoort er allemaal bij en maakt het ook weer heel leuk! De volgende ochtend gingen we eerst naar de voet van de Fitz Roy (puntige berg) klimmen in zo´n anderhalf uur, dit was wel even bikkelen maar zeker de moeite waard. Het is heel vet om na veel inspanning zoiets moois te zien. Harald was vastberaden om de gletsjer daar aan te gaan raken, en besloot daarom, bordjes waarop stond dat je na een bepaald punt een gids nodig had, te negeren. Met gevaar voor eigen leven beklom hij de berg die ervoor stond totdat hij voor een ravijn stond. Dit werd iets te gortig dus toen is ie maar afgedropen. Tijd om weer naar beneden naar de camping te gaan en onze tent in te pakken. We hebben toen onze tocht vervolgd naar de volgende camping, nog zo´n drie uur lopen. Het was net of we in een sprookje rondwandelden. Zo vredig door het bos en de velden, langs de meren en alles met een lekkere dosis zon . In de verte de puntige besneeuwde berg waar de heksen zich dan schuilhielden, echt supermooi. De camping waar we naartoe gingen lag vlakbij Laguna en Cerro (berg) Torre. Wij kwamen eind van de middag aan toen de zon precies goed stond en echt een fantastische glinstering gaf in het water. Mooi einde van dag 2. Dag 3 gingen we ´s ochtends proberen wat dichter bij de gletsjer te komen. Ik was niet de vrolijkheid zelf wat tot gevolg had dat ik, volgens Harald, daar als een asperge rondsjokte. Hij liep dan ook kilometers voor mij uit. Later, toen mijn ochtenhumeur voorbij was, ging het sprookje terug naar El Chalten. Na zo´n tocht leer je de normale faciliteiten zo waarderen, na drie dagen wildplassen is een normaal toilet wel weer even lekker :)

Na heerlijke Argentijnse steak te hebben gemaakt en nog een nachtje in El Chalten te hebben doorgebracht zijn we de volgende dag in onze langste rit ever, 31.5 uur, naar hippydorp El Bolson gereisd. Wat een heerlijke plaats, wordt vervolgd....

FF Chillen in Chili

Ik moet even kijken waar we gebleven zijn. Helaas nog maar net over de grens met Bolivia. We zitten namelijk alweer in El Calafate of te wel het zuidelijkste puntje van onze reis door Zuid Amerika en gaan zo de bus pakken naar El Bolson om daarna naar Mendoza of Santiago te gaan en weer terug naar BA. Maar goed, het verhaal....

De asfaltweg lees ik net terug. Ja het verschil werd eigenlijk wel meteen zichtbaar en dan niet alleen aan de staat van de infrastructuur, de prijzen waar namelijk ook in een keer bijna verdubbeld. Een hele schrik als je net uit Bolivia komt waar je vorstelijk kunt eten voor 5 euro p/p. Verder kon je ook meteen de invloed van het kapitalisme zien. In San Pedro aan gekomen (wat trouwens een erg mooi plaatsje is, het doet wat Mexicaans aan) gingen we net als anders meteen maar even kijken voor een busticket. Het was de bedoeling om dan richting Salta te gaan en dan zo snel naar BA te gaan om een nieuw paspoort aan te vragen voor Marieke (we vliegen nl terug via Houston en ze accepteren daar dus geen noodpaspoorten die voor de rest overal ter wereld wel geaccepeteerd worden). Eenmaal aangekomen bij het huisje van de busmaatschappij stonden er nog 4 wachtenden voor ons die kaartjes kochten. Toen wij aan de beurt waren bleek dat zij de laatste kaartjes hadden gekocht van de bus van de volgende dag. Wat ook nog eens bleek was dat de volgende bus naar Salta pas op vrijdag zou vertrekken (3 dagen later dus). De niet zo rendabele lijnen waren namelijk een aantal jaren geleden wegbezuinigd in het kader van more profit.. We praten nog met wat mensen en daaruit bleek dat het heel normaal was om nog een paar dagen in San Pedro op je bus te wachten. Wij zijn daar helaas wat te ongeduldig voor, dus we pakten ons plan om naar het strand te gaan er maar weer is bij. Iquique was te ver voor ons en meer naar beneden zat er ook niet in. Dus het werd Tocapilla, de meest directe route richting beach. Het stond niet eens in de lonely planet, wat het wel een stuk spannender maakte.

De route naar Tocopilla voerde rechtstreeks door de Calama woestijn. Zand aan beide kanten van de bus, zover als je kon kijken en de weg waar we op zaten verdween als een streepje aan de horizon. Met zo´n setting voel je je op de een of andere manier oneindig klein en je (naja ik) krijgt er van die rare gedachten als, ¨bestaat dat plaatsje wel waar we nu heen gaan? Het staat wel op de kaart, maar misschien is het wel een samenzwering, en blijft de bus gewoon maar doorrijden..¨ Gelukkig bestond het dus wel en m´n vertrouwen in wereldkaarten was weer hersteld. Tocopilla is groot geworden door de rijke hoeveelheden koper, zilver en goud die er gevonden zijn. Er staat dan ook een hele grote raffinaderij die de erts in wat handteerbaarders verandert. Hierdoor wordt de stad elke dag overspoeld in een dun laagje zwart stof. Ons hotel maakte dan ook iets van 3x per dag schoon. Ondanks dat het een erg lelijke stad is hebben we het er erg naar ons zin gehad. We wilden namelijk zwemmen en we vonden een prachtig wit schelpen strandje met helder blauw water net buiten de stad. Als je dan ook nog de enige bent die er ligt, dan heb je echt even een geniet momentje. Helaas kon je alleen in het water zwemmen als de kou elke zenuw in je lichaam verdoofd had. Maar gelukkig konden we dan weer lekker opwarmen in het warme weer.

Vanuit Tocopilla zijn we donderdag in de namiddag weer terug gegaan naar Calama waar vandaan we vrijdag de bus pakten naar Salta. De grensovergang is misschien nog wel even de moeite waard om wat korts over te vertellen. Goh wat duurde dat lang zeg!! Op de een of andere manier hadden ze het in Argentinie zo gepland dat alle bussen op het zelfde moment aankwamen.. Eerst een uur in de bus wachten daarna een uur in de rij en vervolgens nog een uur wachten opdat een of andere opa wat verkeerds in z´n tas had zitten, maar dan toch weer niet. :S

Nu zijn we inmiddels aangekomen in El Bolson, een soort van hippy anklave, met veel bioproducten en oude autootjes (waarom heb je ook zo´n nieuwe nodig?). We weten nog niet hoe lang we hier blijven en wat we hier gaan doen maar het is wel super relaxed hier. Morgen weer meer, want we hebben 5000 kilometer in te halen.

Salar de Uyuni, Wow!!!

Lieve iedereen,

Bij deze het vervolg van Bolivia...

Na de mijnen gezien te hebben, was het plan om de volgende dag door te reizen naar Uyuni (onze laatste bestemming in Bolivia). Helaas ging dit plan niet door ivm een busstaking, ja deze hebben ze hier ook. Alleen zijn de redenen om te staken iets anders dan bij ons in Nederland. Ze hebben in Bolivia een nieuwe wet ingevoerd die de werkomstandigheden voor de buschauffeurs er minder aangenaam op maakt, ze mogen namelijk geen alcohol meer drinken als ze achter het stuur zitten. Een belachelijke wet natuurlijk, dus goede reden om het werk voor 48 uur neer te leggen. Wat een heerlijk land is het! (dit verklaard wel waarom Bolivia in onze ogen zoveel 'crazy busdrivers' heeft. Ik was blij dat ik het nu pas hoorde anders waren we denk ik wel iets minder gerust in alle bussen gestapt).

Nog een dagje extra Potosi dus, no problemo!!

De rit naar Uyuni zou ongeveer 5/6 uur in beslag gaan nemen en staat in Haralds geheugen gegrifd als een van de ergste. Dit had deze keer niet met de hobbelige weg of hitte te maken, maar met de film. Vaak krijg je een slechte B-film te zien, maar deze keer was het Avatar! Een aangename verrassing, waar het niet dat een half uur voor het einde de film zomaar uit werd gezet en we het vervolg moesten raden. Tot op de dag van vandaag weten we dus, tot grote frustratie van Harald, nog steeds niet hoe het af gaat lopen met de blauwe mannetjes.

Aangekomen in Uyuni hebben we diezelfde avond de tour over de zoutvlaktes geboekt zodat we de volgende dag direct konden vertrekken. Onze groep bestond deze keer uit zes personen, twee Britten, Ben en Harvey en een Israelische vader en zoon, Samuel en Ur. Uiteraard hadden we ook een gids/chauffeur genaamd Pedro. Tijdens deze tour zouden we drie dagen in een jeep worden rondgereden en het eindpunt was San Pedro de Atacama in Chili. Het zien van de zoutvlakten was het voornaamste doel en over de rest van de tour hadden we eigenlijk niet echt een idee. Het eerste wat op het programma stond waren dan ook de zoutvlaktes. De zoutvlaktes zijn onstaan doordat zoutwatermeren daar zijn opgedroogd en alleen het zout is achtergebleven. Het beslaat ongeveer eenderde van Belgie en zijn de grootste ter wereld. We zaten in het regenseizoen waardoor de hele zoutvlakte onder water stond. Dit betekende dat we er niet helemaal overheen konden maar alleen een stuk erop reden. Ik kan niet omschrijven hoe fantastisch mooi het was. Om het toch een klein beetje duidelijk te maken: zie de foto's :) Ondanks dat we niet in het hoogseizoen waren, is het wel verschrikkelijk toeristisch. Tientallen jeeps die de iedere dag over de zoutvlakten scheuren. Dit kan natuurlijk nooit goed zijn dus we hopen dat ze hier in Bolivia rekening mee houden zodat dit stukje natuur blijft bestaan in de huidige staat.

Vervolgens hebben we nog een treinenkerkhof bezocht en zijn we daarna doorgereden naar ons hostel voor die nacht. Het leek in eerste instantie of we een beetje een saaie groep hadden maar dat bleek 's avonds gelukkig wel mee te vallen. Een beetje alcohol doet wondere voor sommige mensen. Voor dag 2 stonden er voornamelijk meren op het programma. Het bleek dat de rest van de tour door de woestijn ging, ikzelf had helemaal niet verwacht dat we echt door een woestijn (Atacama) gingen, deste meer waren we onder de indruk van dit landschap. Zover als je maar kan kijken alleen maar zandige vlaktes, alweer onbeschrijvelijk!!! De tour ging dwars door deze vlaktes, er zijn geen wegen o.i.d. De stops waren bij verschillende meren waar we onder andere flamingo´s (wat een gave beesten zijn dat!) en gunacos (soort van lama) gespot hebben. Rond 3 uur arriveerden we in ons hostel voor de tweede nacht, behalve dat hostel was er helemaal niet in de wijde omgeving dus om onszelf even bezig te houden gingen we hardlopen met Ben en Harvey. Ik kan je vertellen, dit is geen makkelijke opgave op 4300 meter hoogte!!! Har en ik konden dit fysiek toch iets minder goed aan dan onze Britse vrienden.... Maar wat wil je ook als ze aan van die tough guy of ironman dingen mee doen. Daarna volgde eindelijk de mogelijkheid om het Spaans taalkwartet te spelen (bedankt ds2!!), supergeinig met twee figuren die echt geen woord Spaans spreken ;) Ondertussen stroomde het hostel vol met duizenden Israeliers, die op de een of andere manier altijd in megagrote groepen reizen... Toen het donker was hebben we nog heel romantisch sterren gekeken, het was daar zo ongelooflijk helder waardoor je zoveel sterren zag, echt gaaf! Daarna was het wel weer bedtijd want de volgende dag was het weer vroeg dag.

Dia numero tres begon erg relaxed, not. We moesten om 4 uur opstaan en half vijf in de auto zitten. Dit verliep niet geheel vlekkeloos, toen de eerste wekker in onze kamer ging was alleen de Israelische vader degene die het in zich had om daadwerkelijk op te staan. Wij lagen eigenlijk allemaal te wachten tot onze gids ons kwam wekken, maar die kwam dus niet. Samuel ging dus maar eens op zoek en vond hem al snurkend in een kamer naast ons. Hij probeerde hem wakker te maken maar dit bleek een bijna onmogelijke taak, pas toen hij hem wat in zijn gezicht sloeg volgde er een reactie. Die was als volgt: ´ocho, ocho´ (acht acht). Dit pikte Samuel natuurlijk niet en hij stak een heel verhaal af over responsibility e.d om hem uit zijn bed te krijgen. Uiteindelijk was dit gelukt en een half uur later zaten we in de auto. Maar Pedro was zeker niet blij, hij reed als een malle door de donkere woestijn. Wij snapten er allemaal niets van want hij was toch echt degene die zich had verslapen. Uiteindelijk vond ie Holland en Engeland good, en Israel not very good. Oke prima, verder was Pedro een hartstikke goeie gids dus we gingen weer vrolijk verder. De eerste stop was nog voor zonsopgang bij de geysers, het was ook nog heel koud, een graad of 5 (is voor jullie doorgewinterde Nederlanders natuurlijk peanuts). Na de geysers gingen we tijdens zonsopgang door naar met stip het fijnste moment van die dag, de hotspring!!! Dit was echt zo heerlijk (ook omdat we al 2 dagen niet gedoucht hadden)!!!! Moet je je voorstellen, we waren allemaal nog ietwat bevroren en dan een natuurlijk bad van 30 graden in de woestijn. Ook schijnen er stoffen in te zitten die helpen tegen allerlei kwaaltjes (stress e.d.), dit was echt ontspanning in zijn puurste vorm!! Na dit bad zijn we nog naar Laguna verde en blanco (groen en wit meer) geweest (zie ook foto) en vervolgens gedropt bij de grens met Chili.

Bye Bye Bolivia, Really nice meeting you!!!
Deze tour past zeker in het rijtje van het mooiste en indrukwekkendste wat wij tot nu toe gezien hebben.

In Chili werd het grote contrast met Bolivia al direct zichtbaar, de weg vanaf de grens was een megastrakke asfaltweg.

Volgende keer: We zijn vijf dagen in Chili gebleven (naar het strand geweest) en toen onze weg vervolgd naar Salta in Argentinie. Sorry jongens, maar: wat een heerlijk klimaat in Salta!!! Na daar weer vijf dagen van te hebben genoten zijn we naar Iguazu gegaan (onze langste busrit tot nu toe: 23 uur) voor de watervallen, tja weer iets om over naar huis te schrijven!! Momenteel zijn we hier nog steeds en gaan we vannacht naar Buenes Aires :)

Muchos Besos
En bedankt voor al jullie leuke reacties!

De duivelse mijnen van Potosi

Na een flinke fles wijn (en er komt zo nog een aan) hebben we eindelijk inspiratie om weer even een verhaal te typen. Tja we zijn inmiddels dus in Argentinie (vlak bij de Iguazu Falls, je weet wel die hele grote verzameling watervallen in Zuid Amerika). Ik moet zeggen het wijnproeven etc stond op het programma voor in Mendosa maar vanuit de lokale supermarkt kun je je er redelijk goed op voorbereiden. Maar goed, terug naar waar we gebleven waren. Ik geloof dat het ergens in Bolivia was..

Potosi is de hoogste stad ter wereld en tegelijkertijd was het, in de tijd van de Spaanse conquestadores, ook een van de rijkste. Dit alles is te danken aan de gigantische berg die net naast Potosi ligt, de Cerro Rico zoals de Spanjaarden hem genoemd hebben. Wat zoiets betekent als ¨de rijke berg¨en wel in goud, zilver en wat coper. Op dit moment is het een cooperatieve mijn, je ziet als je naar de berg kijkt ook allemaal mijnschachten de berg in leiden waar verschillende cooperaties hun ertsen eruit te halen.

De mijntour is eigenljik een van de meest populaire tours in Potosi en we hadden al wat verhalen gehoord van mensen die claustrofobisch werden. Gelukkig hadden wij Marieke bij ons die daar aanleg voor had, dus we maakten ons al een beetje druk.. ¨s middags gingen we met een tourbusje richting de mijnen. Eerst nog even een stop gemaakt om onze super mijnwerkers outfits aan te trekken, zodat we in ieder geval niet op zouden vallen tussen de mijnwerkers.... Vervolgens gingen we naar de mijners´ market waar je wat cadeaus koopt voor de mijnwerkers (die hebben het namelijk niet al te breed, ze verdienen tussen de 20 tot 100 euro per week). Je kon er kiezen uit wat zakken cocabladeren, wat flessen 96% alcohol gedestileerd van suikerriet, flessen jugo en wat andere cadeaus zoals staven dynamiet. Natuurlijk zijn we voor een paar staven dynamiet gegaan en wat flessen jugo. We hadden namelijk gehoord dat we zelf ook nog wat dingen op mochten blazen!! :) Na allemaal weer ingeladen te zijn in het busje gingen we richting de berg. Eenmaal daar aangekomen zagen we de echte mijners, ze kwamen net de mijn uit met een zware kar erts. Ik moet zeggen dat ik hiervan echt een beetje geschrokken ben, als je de gezichten van ze zag dan leken ze wel helemaal misvormd, doordat hun ogen helemaal rood waren en hun hele mond misvormd was doordat ze vol zat met cocabladeren.

De mijn zelf zag er van binnen klein en donker uit. Je had ook het idee dat, het door maar een tikje tegen een bepaalde steunbalk te geven, zo in kon storten. Maar goed we gingen verder en al snel ontmoeten we Tio of te wel de duivel. De Tio was in het leven geroepen door de Spanjaarden om hun mijnwerkers bang te maken zodat ze bleven werken. Vandaar ook dat je in elke mijn wel een beeld van Tio vindt die elke dag wordt voorzien van wat alcohol en cocabladeren. Zelfs hier wordt trouwens de vrijdagmiddag borrel gehouden alleen bestaat het daar dan uit het drinken van een liter 96% alcohol met de duivel om hem goed te stemmen. 1 fles is ongeveer genoeg voor 2 mijner, Marieke en ik hebben natuurlijk even wat van dat spul geproeft en ik moet zeggen na een klein slokje ben je al bijna dronken.. :) voor de kenners, het smaakt een beetje als de tswieka (geen idee hoe je het schrijft) uit Roemenie die ik nog steeds in m´n koelkast heb staan. De mijn die we in gingen bestond uit 5 niveaus, we zouden sowieso niet naar het 5de niveau gaan omdat de gang van 4 naar 5 ongeveer een uur zou duren voor een ervaren mijner, dus rond de twee uur voor ons. We hadden allebei een monddoek meegenomen tegen de giftige stoffen die overal in de mijnen zitten. Er komt namelijk silica dust vrij door de ontploffingen. De allereerste afdaling was van niveau 1 naar niveau 3, een klimmetje (naarbeneden) van zo´n 20 minuten. Soms glij je, omdat je je niet goed vasthoud even een paar meter naar beneden. Het gaat wat sneller, maar je krijgt wel meteen op je kop van de gids die bang is voor gescheurde pakken. Beter vasthouden dus! Ik moet zeggen deze afdaling was best eng. Je kruipt door een holletje van niet meer dan 50 centimeter hoog en breed. Marieke kreeg het zelfs hierdoor halverwege nog even benauwd, maar ik denk dat onze duikcursus best veel geholpen heeft, want ze bleef rustig. :) Toen we op niveau 3 geen mijners tegen kwamen gingen we, bij hoge uitzondering, even naar niveau 4. Daar kwamen we Marcel tegen, wel bekend van onze foto. We hebben hem wat cadeaus gegeven en hem even aan het werk gezien. Z´n werkdag liep van 6 am tot 10 pm. En hij deed het werk al zo´n 30 jaar (vanaf z´n 14de). Toen we weer omhoog gingen zijn we nog even bij een groep andere mijners gaan kijken. Wat ons verbaasde was de blijheid de ze uitstralen tijdens hun werk. Het is echt een apart wereldje! Ik denk dat ze weinig aandacht besteden aan het negatieve omdat dit toch al voor iedereen duidelijk is, je kunt dus maar beter positief blijven en al het andere negeren. Het kan trouwens ook door de cocabladeren gekomen zijn hoor, ik weet het niet.

Eenmaal buiten gekomen stond dan het soort van hoogte punt op het programma; het opblazen van een dynamietstaaf. Als je er wat kunstmest bij doet dan knalt ie nog harder zei de gids. Dus zo gezegd zo gedaan, wat kunstmest erbij en dat alles mooi verpakt in een plasticzakje. Het mooie was dat er echt zo´n bugs bunny lont uit stak. Hij werd al snel aangestoken en er werd gezegd je hebt 6 seconden per persoon voor een foto. Iedereen dus redelijk nerveus met die brandende lont en dynamietstaaf op de foto (je moet de foto van Marieke maar is zien :D). Vervolgens, toen we allemaal ons kodak moment gehad hadden liep de gids erg rustig 50 meter verder op en legde ´m daar neer. De knal was echt oorverdovend en dan voel je die schokgolf. Best hard! dat had ik echt niet verwacht! Als we thuis zijn laten we het filmpje wel even zien.

Het volgende verhaal gaat trouwens over de zoutvlakte. De meest touristische maar ook meteen de mooiste tour die we tot nu toe gedaan hebben! Oh nog heel even tussendoor, Potosi is een echt onverwacht mooie stad. We hadden een of andere bouwvallige stad verwacht maar het ziet er erg mooi uit, het eten is goed en misschien nog wel het belangrijkste, het leven op straat is er ´s avonds super gezellig. Maar goed volgende keer krijgen jullie het zoutvlaktes verhaal te horen; hoe we zandstromen overleeft hebben, hoe we in hete geijsers gestaan hebben, en waarom de buschauffeurs in Bolivia gestaakt hebben.

teken van leven

heey people, we zitten nu in tocopilla (chili) en straks naar Calama om daar dan morgen de bus te pakken naar Salta. We hebben beide geen inspiratie om onze geweldige avonturen op te schrijven dus dat houden jullie nog even te goed. :) Maar!! we geven jullie al wel vast de foto´s.

M & H

p.s. we gaan nu ff op het terras in de zon koffie drinken! :)

In the jungle AAAAAIEEEEE

Woensdag begon onze grote tour campagne door Bolivia. Echt als je ooit de kans krijgt kom naar Bolivia te gaan! het is hier echt zo mooi en je hebt hier echt alles. Het programma kwam tot nu toe een beetje hier op neer. Eerst een mountainbike tocht op de world´s most dangerous road, vervolgens in de world´s most dangerous busride richting de jungle om daar een boot tocht en een jungle tocht te maken en daarna met de world´s most dangerous airflight weer terug naar La Paz.

De world´s most dangerous road is tegenwoordig al lang niet meer de world´s most dangerous road. In 2007 is een andere snelweg geopend en hierdoor rijden er gelukkig niet zoveel bussen meer over de gravel weg die van La Paz naar Yolosita voert. Maar de tocht op een mountainbike is echt super cool. Het is een afdaling van zo´n 67km en die op 3.6km lager eindigt.

Omdat we vliegen eigenlijk te duur vinden (ook al kost het maar 50 euro pp) besloten we met de bus te gaan vanaf Yolosita naar Rurrenabaque waar we jungle tochten wilden doen. Van te voren werden we gewaarschuwd voor deze busrit. Iedereen zei ¨ga toch vliegen die bus is echt verschrikkelijk!!¨. De bus die ons op kwam halen was een behoorlijk oude, rammelende dubbeldekker met banden waar je U tegen zegt. We werden door de conducteur op de achterbank gedeponeert, en we moeten zeggen de stoelen waren heerlijk. Helaas ishet nadeel van helemaal achter in de bus zitten is dat die hobbels in de weg extra hard aan komen. Je wordt als het waren gelanceerd bij iedere kuil die in de weg zit. Het werd dus een nachtje niet slapen.. Gelukkig bleek het een korte busrit te worden (normaal doe je er 18 tot 24 uur over) van 14 uurtjes, doorde snelheid waarmeeonze vriend ¨crazy busdriver¨ over de bergweg raazde. Erg veilig voelden we ons niet, de weg is namelijk zo´n 4 meter breed en daarnaast ligt dan een afgrond van 100m recht naar beneden..

Na deze busrit hebben we een rust dagje in Rurrenabaque gehad en de volgende dag gingen we met een groep (die we in de bus ontmoet hadden) de pampas in. Toen we opgehaald werden kwamen we nog voor een kleine verrassing te staan, er zaten namelijk drie Japanse chicks in de bus. Er werd mede gedeeld dat die ook bij ons in de groep zaten. Zij reisden zonder een woord engels of spaans te kunnen door Zuid Amerika (erg knap!!!). naja ik overdrijf een beeetje, eentje kon het een beetje maar dan hield het ook op. Met z´n achten was heteen erg leuke groep die bestond uit; Darren aka John Rambo of the black kaymanin het echte leven een computer nerd maar hier een doorgewinterde backpacker(naja zo zag hij er uit), Lars aka Bruce Willis of crazy monkey vanwege zijn kennis over actiefilms en hetveelvuldig gebruik van zijn zakmes, Neil aka toiletsnakeverhaal volgt, onze drie jappaners (ik ben de namen vergeten, de communicatie kwam eigenlijk ook niet verder dan handgebaren die ze dan met ooooh of een aaah na deden) Marieke tja die kennen jullie al en tot slot Pink Dolphin of te wel mezelf vanwege het feit dat ik een of andere vlinder wou zien...

De tour was erg relaxed, je vaart in een bootje over de pampas (een moeras gebied) met een gigantische lading vogels en apen die je kunt spotten. Verder stond er nog een duik met roze dolfijnen, een foto met een aligatoren het vissen naar pirana´s op het programma. Ik wil hier even bij melden dat ik dus 2 pirana´s gevangen heb en de gasten met de ¨ruige¨ bijnamen dus niks.. :) (De pirana´s werden ´s middags heerlijk klaargemaakt en geserveerd bij de lunch). Ook moet ik nog even het verhaal van Neil vertellen, hij was z´n ring kwijt, die dacht hij bij de wc´s en douches kwijt te zijn geraakt, we hebben met z´n 8en 2uur lang lopen zoeken. We zijn dus ook door de ranzige modder gekropen om overal bij te kunnen met gevaar voor eigen leven er zitten namelijk giftige slangen, die liggen willekeurig onder losse stukken hout dus je moet altijd oppassen. Neil stond namelijk oog in oog met eentje (vandaar de bijnaam Toilet Snake). Iig toen we het net op gegeven hadden kwam Neil er achter dat z´n ring op z´n bed lag.. We hebben een rondje gekregen voor de moeite.

Bij terugkomst in Rurre besloten we toch maar de vlucht terug te nemen naar La Paz. We hadden niet zo´n zin in nog zo´n busrit en de vlucht moest erg mooi zijn. Je vliegt dan namelijk in een 19 persoons vliegtuigje over het oerwoud tussen de bergen door. Onze Japanse vrienden namen diezelfde avond nog een bus terug dus we konden mooi met z´n 5en de jungle in.

In de jungle moet je erg veel geluk hebben met de dieren die je ziet. Er zat daar namelijk een groep (wij noemen ze de suffe groep) die in drie dagen in de jungle doorsluipen nog steeds geen dier gezien had. Gelukkig hebben wij wat meer geluk gehad de eerste dag. We kwamen namelijk oog in oog te staan met een groep wilde zwijnen. Erg bijzonder om te zien en met name te horen hoe ze er vandoor gingen toen ze ons op het pad zagen staan. Verder hebben we bij een nachtwandeling nog een tarantula en een wilde kip gespot .. Het is meer een ervaring dan een goed verhaal om daar zo door de jungle te sluipen in het pikke donker met allemaal motten en musquitos om je heen. En dan moet je ook nog uitkijken voor de mieren, je hebt daar die grote zwarte mieren waar je behoorlijk ziek van kunt worden. Ik zou zeggen doe het zelf maar het is echt cool.

Na twee dagen rond sluipen in de jungle was het ook wel weer mooi geweest. Lars en Darren besloten de volgende dag de bus te nemen bij gebrek aan plaatsen in het vliegtuig waar wij mee vlogen. Helaas werd onze planning een beetje in de war geschopt door het weer van de volgende dag. Het regende namelijk met emmers te gelijk en omdat de landingsbaan daar bestaat uit een grasveldje kon er niet gevlogen worden. Op zich geen probleem want dan hadden we nog een dagje om wat bij te komen en rond te slenteren in het stadje.

De volgende ochtend begon het met een klein beetje motregen maar rond 10 uur ´s ochtends was het helemaal droog. Wij waren in opperbeste stemming omdat er gevlogen ging worden. We hadden het stadje eigenlijk ook wel al een beetje gezien na een dag rondslenteren. De mevrouw van het vliegtuigbureau (of hoe zeg je dat?) deelde ons mede dat we om 15:30 paraat moesten staan op het kantoor voor de checkin. Om 4 uur kwam de shuttlebus voorgereden voor het vertrek naar het vliegveld. Ik moet nu wel even zeggen dat het allemaal wat geavanceerder klinkt dan het eigenlijk was, dus denk primitief!! Toen we met z´n allen in de bus zaten kregen we te horen dat we niet van het vliegveld in Rurre zouden vertrekken maar van Reyes (40 km verder op) en dat het busritje niet 6 maar 12 bolivianos kost (delen door 10). We waren hier zwaar verontwaardigt over..

De busrit begon voorspoedig, we scheurden flink over de zandweg richting Reyes. Helaas was dit maar van korte duur, de motor begaf het, maar na wat sleutelen konden we weer 100m verder rijden, om daar vervolgens weer te gaan sleutelen. Dit ging ongeveer 10 keer zo. De iritatie nam behoorlijk toe.. Met name omdat die gup van een conducteur te eigenwijs was om voorbij komende jeeps aan te houden en om hulp te vragen. En elke keer als je zoiets voorstelde dan haalde hij z´n schouders op.. Ergggg vervelend!! Gelukkig was een Chileen zo wijs om die kerel maar gewoon te negeren, een grote jeep aan te houden en te regelen dat alle bagage mee genomen kon worden. Wij, de touristen, zouden dan even de volgende 20 minuten lopen. De conducteur werd achter gelaten om de kosten met de jeep driver te regelen. Vanaf dat moment ging alles in een moordend tempo. Na zo´n 10 minuten lopen kwam er in een keer een auto van de luchtvaartmaatschappij aangereden (nu kon het in een keer wel..) met de mededeling dat we op moesten schieten en allemaal in de auto moesten jumpen. Dus daar gingen we, met z´n 10én in een stationwagon. En voor we het wisten zaten we in het vliegtuig. Helaas moest het ergste toen nog komen. Het vliegtuigje was, zoals gezegd, een klein 19 persoons vliegtuigje waarbij je zelfs rechtstreeks de cockpit in kon kijken. Na ongeveer 30 minuten vliegen kregen we te horen dat we een klein beetje turbulentie konden krijgen.. We konden door de ramen van de cockpit naar buiten kijken en zagen daar van die super zwarte wolken.. Of te wel onweer! We gingen dus recht door die wolk heen, het was er pikke donker met overal bliksemschichten om ons heen. Gelukkig voor ons duurde dit hele gebeuren maar 10 minuten maar ik kan zeggen dat ze voorbij kropen.

Het einde van het verhaal kennen jullie dus al, we leven nog en we zitten nu in Potosi waar we morgen de mijnen gaan bezoeken, daarna vertrekken we naar Uyuni om de zoutvlaktes over te toeren in 3 of 4 dagen. Eeeen heele dikke knuffel uit de hoogste stad ter wereld!

Hollanda? Mucho Leche!

Ja heeft inderdaad wel weer even geduurd voordat we weer een verhaal gepost hebben. We hebben dan ook eeerug veel mee gemaakt de laatste 2 weken. Laat ik maar beginnen bij de grens overgang waar we met de toen nog onbekende vooroordeel van Bolivianen tov Nederlanders geconfronteerd werden. De stempel was nog niet gezet of hij was al gevallen. Het gesprek kwam er in het Nederlands als volgt een beetje op neer. Waar kom je vandaan? Ooh uit Nederland! Mucha Leche! En Marieke staat die douanie een beetje aan te kijken van ja nou ja we hebben inderdaad wel wat melk maar ja jullie hebben toch ook koeien. We kregen iig een stempel voor 30 dagen.

Vervolgens hezen alle toeristen (we zaten in de toeristen bus) zich weer in de bus en werden meteen met het tweede Boliviaanse fenomeen geconfronteerd, de corruptie. We reden namelijk net Copacobana (niet te verwarren met het strand in Rio) binnen en kregen ¨controle¨ van een politieagent. Of we allemaal even 1 sol of 2 Boliviano in wilden leveren. Later bleek dat elke bus een ¨tax¨ van 25 soles (6 euro) moest betalen en dat daar boven op dan nog iedereen in de bus nog 1 sol bij moest leggen. De busmaatschappij had zich al beklaagd bij de hoofdcommissaris maar die kreeg ook een behoorlijk deel van het geld, dus dat hielp niet.

Copacobana is echt een touristen plaatsje, er is verder niet veel te doen behalve dan eten, tours boeken en je uitleven in de giftshops. We zijn er in totaal 1 nacht geweest. Toen vonden we het wel weer mooi geweest. We zijn dus niet naar Isla del Sol geweest wat erg mooi schijnt te zijn. We hebben wel nog even een gedeelte van een 17km track gedaan. We hadden ons helaas een beetje overschat dus na 7 km hebben we bij de floating islands van copacabana een boot terug gepakt. De floating islands daar lijken in geen geval op de echte floating islands in Peru. Hier komt het neer op een verzameling flessen die gebruikt worden om een gigantisch vlot drijvende te houden. Om het toch nog een beetje een uitstraling te geven hebben ze er riet op gegooid (je kunt de planken nog steeds zien hoor). Het koste ons iig 5 bolivianos (50 cent) om er op te mogen... Maar we konden er wel de boot pakken dus dat was wel relaxed.

De volgende dag vertrok de bus rond 1 uur en we waren rond 7 uur ´s avonds in La Paz. Het plan was om dan de volgende dag meteen een dag Oruro te gaan doen voor het carnaval daar (het schijnt het beste carnaval na rio en salvador in Zuid Amerika te zijn). Helaas viel dit plan in duigen omdat Marieke wat ziekig was. Dus het werd carnaval in La Paz ik moet zeggen het was wel een ervaring hoor. De hoofdstraat staat dan vol gewapende mensen. En nee dan bedoel ik niet met machine geweren (al hoe wel die er ook gewoon rond liepen om alles in de gaten te houden) nee ze zijn gewapend met waterballonnen, gigantische supersoakers en bussen met spuitschuim.Ik heb nog steeds het idee dat je voor mensen die je nat maakt punten krijgt en dat toeristen dan de meeste punten op leveren, na 10 minuten waren we namelijk helemaal doorweekt enmoestenwe ons terugtrekken naar ons hostel met gillende kinderen in de achtervolging.

Zondag besloten we maar mee te doen in de wateroorlog. Gepantserd in poncho´s en bewapend met bussen spuitschuim gingen we alles wat bewoog te lijf. En metsucces! :) De truc is om ze gewoon maar in het gezicht te spuiten, dan houden ze vanzelf op.

´s Avonds stond nog het cholita wrestling op het programma. Cholitas zijn de oude authentieke huisvrouwtjes die je hier overal ziet. Je moet dan even voor je zien dat die oude vrouwtjes dus van die WCW of TNT acties doen. Natuurlijk liepen er ook nog van die foute grote worstelaars rond, je weet wel heeeele grote mannen in heeeele kleine broekjes.. We hadden geluk dat het carnaval was want dit gaf wel een extra dimensie aan het hele worstel gebeuren. Het publiek had dus een lading van die spuitbussen mee naar binnen gesmokkeld. Waarmee ze sommige (de slechte van de twee die altijd verloor) bij binnenkomst al helemaal onder spoten, dit gaf echt super grappige acties. Een voorbeeld; Worstelaar wordt onder gespoten door een oud vrouwtje uit het publiek, worstelaar flipt, rent op het vrouwtje af, ruk de spuitbus uit haar handen, springt over het hek naar het publiek en begint wild om zich heen te spuiten. Op een gegeven moment stopt hij en z´n ogen vallen op een groep japanners die allemaal tegelijk een zakje popcorn aan het eten zijn. De worstelaar sprint naar de andere kant van de zaal begint die jappen onder te spuiten, ze vluchten naar alle kanten van de zaal. de worstelaar blijft grijnzend achter.

Voor de rest hebben we de maandag en dinsdag zoveel mogelijk de hoofdstraat geprobeert te mijden. 1 dag een water gevecht is leuk maar meerdere dagen houden we echt niet vol.. We zijn dus via allemaal achteraf straatjes de stad door gegaan. Helaas, elke keer als je niet op lette dan had je een waterballon in je gezicht.. Op de een of andere manier gooien die mensen allemaal raak...

Morgen post ik even de rest van het verhaal. Het is namelijk nogal veel geworden en ik wil jullie niet ontmoedigen om het hele verhaal te lezen. :) Oh ik moet nog wel even wat vertellen over die aardbeving in Chili.. Wij hebben er geen last van! :) Het brengt misschien wel de rest van de plannnen een beetje in de war maar dat moeten we nog zien. Helaas hebben we wel wat vrienden in Santiago zitten die we op deze trip ontmoet hebben. We hebben nog niks van ze gehoord en we hopen dan ook dat het goed met ze gaat.